In Nederland leren we fietsen door te lezen over een fiets, te kijken naar een filmpje over fietsen, te praten over fietsen. Maar we stappen nooit echt op die fiets, om het te leren.

Bovenstaande voorbeeld hoorde ik eens ergens voorbij komen en ik dacht: “ja, inderdaad…”

Ons onderwijs is erg ingesteld op auditieve vaardigheden (via het oor) of het lezen van informatie.
Maar hoe zit dat dan met kinderen met dyslexie?
Of kinderen met autisme?
Of kinderen met rekenproblemen, voor wie de termen cm, mm of drie- dimensionaal net zoveel betekenis hebben als Mandrijn-tekens?

Wie mij kent weet dat ik een voorstander ben van belevend leren. Niet (alleen) maar uit een boek, maar vooral ook ervaren, doen, ondervinden, voelen, proeven, ruiken. Ik ben dan ook niet voor niets dramatherapeut.

Esther met rekenproblemen

Ik heb zelf altijd erg veel problemen gehad met rekenen en wiskunde. In de huidige tijd zou ik vast dyscalculie hebben, maar in ‘mijn’ tijd waren die diagnoses er nog nauwelijks. Vanaf groep 7 kreeg ik Remedial Teaching voor rekenen. Dat stond toen nog in de kinderschoenen. Ik zie me nog zitten, in dat kamertje met de Remedial-teacher-juf. Magda, ik weet zelfs haar naam nog. Ze probeerde me wat uit te leggen over centen. Twee x 5 cent pas in één dubbeltje. Zoiets was het. Het kwam niet bij me aan. Ik snapte er niets van. Het wilde in mijn hoofd niet passen. Het was papier waarop die muntjes stonden afgedrukt en ik kon er niet meer spelen om te onderzoeken hoe het dan werkte. 

Mijn vader, juist erg sterk met cijfers, heeft uren met me aan tafel gezeten in een poging het me bij te brengen. Resultaat: twee gefrustreerde mensen. Ik, omdat het alsnog niet snapte en de boeken door de kamer smeet. Mijn vader, omdat ondanks als zijn inspanningen, er niets bleef hangen bij mij. De cijfers op mijn rapport waren bedroevend laag op rekenen. 

Esther achter de kassa

Toen ik een jaar of 15 was ging ik werken in een tuincentrum. Ik moest daar onder andere kassa draaien. Een collega zag ik doortellen bij het teruggeven van geld. Nog zo’n vaardigheid die ik in een boek nooit begrepen had. Maar nu zag ik het live. Ik lette op en ik ging zelf proberen. Eerst met hele kleine, veilige bedragen. En… ik snapte het! Later kwam ik in een kledingwinkel te werken en stond ik op de drukste dagen achter de kassa want… bij mij klopte de kassa altijd het beste. Mijn vader is er nog altijd apetrots op dat hij me daar zo zag staan. 

Esther als moeder

Als moeder van een dochter met forse dyslexie zie ik opnieuw worstelingen met leerstof. Hele lappen tekst moeten begrepen worden. Ja, ze heeft wel een spraakprogramma wat voorleest, zodat de energie niet naar begrijpend lezen gaat, maar naar begrijpen van de leerstof. Maar feitelijk werkt dit nog nauwelijks. Wat we weten van dyslexie is dat deze mensen vaak heel beeldend zijn ingesteld. Een plaatje bij het praatje helpt verbinding leggen tussen tekst en inhoud. Het plaatje wordt opgeslagen in het geheugen en dient als ezelsbrug om de lesstof weer terug te halen.

Helaas is er nog steeds erg weinig visueel materiaal om dyslectische leerlingen te ondersteunen. Zeker op de middelbare school. Daarom probeer ik zelf thuis zoveel mogelijk belevende manieren te bedenken om mijn dochter te helpen de lesstof te begrijpen in plaats van energie weg te laten lekken naar frustratie over de hoeveelheid te lezen stof. 

Databank aanleggen

Ik droom van spellen en methodieken die de lesstof voor kinderen meer visueel maken en meer belevend en ervaringsgericht. Maar, dat is een bijna onmogelijke opgave, omdat er zoveel informatie dan bijvoorbeeld in spelvorm afgegeven moet worden. En op verschillende niveaus.

Toch denk ik dat er veel ouders zijn die zelf manieren hebben ‘uitgevogeld’ om hun kind te helpen informatie meer leerbaar te maken. Met deze blog wil ik je dan ook uitnodigen om jouw ideeën te delen, zodat andere ouders geïnspireerd raken en wellicht hun kind weer verder kunnen helpen.

Ik wil onderstrepen dat het niet gaat om ‘goede’ of ‘foute’ manieren. Wat voor jou kind werkt, hoeft bij een ander niet aan te slaan. Neem mee wat je kan gebruiken, laat staan wat niet bij jou of je kind past en deel wat je zelf hebt ontwikkeld. 

Doe je mee? Laat in de reactie onder deze blog je ideeën achter, eventueel met linkjes naar websites.  

 

Hoe weet je of jouw kind een beelddenker is? 

Vraag je kind eens te denken aan een stoel of een boom (of ander voorwerp) Ziet je kind het woord? Dan is je kind een woorddenker
Ziet je kind een plaatje van het genoemde woord? Dan is je kind zeer waarschijnlijk een beelddenker.

Andere kenmerken zijn:

  • je kind is creatief en denkt in creatieve oplossingen
  • je kind lijkt niet te luisteren. Veel gesproken stof gaat langs hem heen/ vergeet hij snel
  • je kind kan heel goed details onthouden van dingen die hij heeft gezien, ook al was dit maar één keer

Wil je meer weten over dit onderwerp? Kijk dan eens op https://beelddenkerslerenzo.nl/test-beelddenken-ben-jij-een-beelddenker

Mijn eigen tips:

Woordenschat (basisschool) 

Bij woordenschat moeten kinderen leren de betekenis van woorden te begrijpen. Mijn dochter had er veel aan om kleine tekeningetjes te maken bij de woorden, zodat ze lieten zien wat het woord betekende. 

Wat ik ook vaak deed was de betekenis van de woorden op losse briefjes zetten en deze verspreid door de kamer leggen. Dan noemde ik een woord en moest mijn dochter bij de juiste betekenis gaan staan.

Door beweging blijven de hersenen ook in beweging, waardoor informatie makkelijker wordt opgeslagen en verwerkt. 

Tafels oefenen

Tafels vraagt automatisering. Voor kinderen met dyslexie, dyscalculie, autisme en adhd is automatiseren juist lastig. Daarom is veel herhaling nodig. 

  • leg de uitkomsten van bepaalde tafel(s) op de grond. Noem de som en laat je kind bij het goede antwoord gaan staan.
  • speel Jenga. Steeds als je een blokje eruit trekt moet je een tafel oplossen. 
  • Dobbel met 2 dobbelstenen. De getallen die je gooit moet je vermenigvuldigen. Wat is de uitkomst? 
  • gooi met een bal over en weer. Noem steeds een som. De vanger moet de uitkomst geven en een nieuwe som terug sturen.

 

Begrijpend lezen

Mijn visie op begrijpend lezen is: alles wat je leest draagt er aan bij. Dus of het nu ondertiteling is, de achterkant van een pak wc papier, een stripverhaal of een boek…je oefent met lezen en begrijpen wat er staat. Om begrijpend lezen dus interessanter te maken kun je ook dingen gaan doen die lezen vragen.

Zoals:

  • iets bakken samen. Laat je kind lezen welke stappen gezet moeten worden. 
  • een spelletje doen. Laat je kind de spelregels lezen en uitleggen
  • boodschappenlijstjes in de winkel laten lezen en de producten zoeken

 

Meten, wegen, inhoudsmaten:

Bij rekenen komt ook meten en wegen voorbij.

  • Ga eens met een litermaat onderzoeken hoeveel 1 liter water is. Of met een weegschaal hoeveel bijvoorbeeld een appel weegt. En hoeveel weeg je zelf?
  • Ga (wederom) bakken of koken met je kind en laat ingrediënten afmeten. Soms heb je litermaten in huis met verschillende maatvoeringen (ml of cl) Laat eens zien hoe dat naast elkaar eruit ziet als je in beide evenveel water doet.
  • Ga buiten eens meten hoe groot de tuin is of de tegels in de tuin. En als je 4 tegels bij elkaar optelt? (omtrek oefenen) 

 

Buitenlandse woordjes leren (Eng, Fr, Du)

Op de basisschool en natuurlijk daarna leren kinderen ook buitenlandse talen. Hoe kun je dat nu meer belevend maken?

  • hang op meubels en spullen in huis briefjes met de benaming in de taal die je oefent. Zo komt je kind het woord regelmatig tegen en koppelt het aan het voorwerp.
  • Spreek (als je zelf goed bent in de taal) de woordjes in zodat het kind mee kan lezen met de te oefenen stof (dat is vooral als je kind geen gebruik kan maken van een spraakprogramma. Of bijvoorbeeld voor kinderen die niet dyslectisch zijn, maar wel veel moeite met die taal hebben)
  • maak een woorden-memory: schrijf steeds het Nederlandse en het buitenlandse woord op aparte briefjes. Leg ze op de kop en speel memory: vindt jij de 2 juiste woorden bij elkaar?
  • laat je kind de woordjes schrijven, met de hand! Bewezen is dat door de schrijfbeweging de hersenen beter opslaan doordat ze de beweging van de letter maken. 
  • kijk tv programma’s in de taal, zodat ze de taal voorbij horen komen samen met het beeld. Dit helpt koppelen van wat ze horen en zien. Op de streamingsdiensten kun je vaak ondertiteling in en uitschakelen. 

 

Maak mindmaps

Een mindmap maakt veel leerstof gemakkelijk en overzichtelijk. In het midden zet je het hoofdonderwerp. Daaromheen zet de belangrijke informatie in steekwoorden. Wederom heeft zelf schrijven de voorkeur op werken op de computer. Mocht je toch online willen werken: op www.canva.nl kun je zelf je mindmap samenstellen. 

 

Zoek filmpjes

Mijn dochter had laatst een pittige toets voor biologie: de bloedsomloop. Het was een hele berg tekst. Maar daar werd ook nog de vaardigheid van motoriek bij gevraagd: hoe loopt de bloedsomloop door al die kamers, boezems en slagaderen? Waar wordt zuurstofrijk bloed heen gestuurd en waar zuurstofarm bloed weer afgevoerd? 

Even googelen leverde heldere filmpjes op bij de lesstof die zij moest kennen. De filmpjes samen met een samenvatting van de te leren stof maakt dat ze ziet wat er gebeurd. 

 

Onderzoek in de werkelijkheid

Nog een voorbeeld van biologie. Leren over de stengel, de bloem, de knop etc. In het boek staat wederom weer veel tekst, met wel wat plaatjes, maar alsnog was het ingewikkelde materie. We haalden een bloem uit het park en hebben hem ontleed. Elke stap uit het boek hebben we gezocht bij de bloem. Het werd echt en begrijpelijk. Zo kun je in de praktijk natuurlijk veel dingen onderzoeken die in een boek heel ‘plastisch’ uitgelegd worden. 

Deel jouw tips en ideeën. Heb jij met je kind samen manieren ontdekt om leren makkelijker te maken? Deel ze!